Ben je benieuwd hoe je website presteert? Dan is Google Analytics een onmisbare tool. Met Google Analytics kun je data van de bezoekers van je website verzamelen om deze vervolgens te analyseren. Met behulp van deze analyse kan je door middel van de juiste marketingcampagnes of aanpassingen op je website het resultaat verbeteren door je bezoekers nog beter van dienst te zijn. Wanneer je gebruik wilt maken van Google Analytics is het natuurlijk belangrijk dat de instellingen op de juiste manier worden geconfigureerd. In dit artikel leggen we je de basis uit hoe je dit het beste kunt doen.
Google analytics profielinstellingen
We starten met het juist invullen van alle profielinstellingen. Om dit te kunnen doen gaan we naar “Beheer > Instellingen voor dataweergave”. Hier vul je de naam, de URL, de tijdzone en de juiste valuta in. Wanneer alles juist is ingevuld druk op “opslaan” onderaan deze pagina.
Plaats de trackingcode op je website
Nu het account is aangemaakt moeten we een stukje code in de website plaatsen. Dit is ervoor om te zorgen dat Google Analytics de benodigde gegevens van jouw website kan halen. Deze code kunnen we vinden op de volgende locatie: Ga naar de kolom “property” en klik op “Trackinginfo > Trackingcode”. Deze code dient te worden geplaatst in de backend van je website, dit kan je zelf doen of laten doen door je websitedeveloper.
Sluit je eigen IP-adres uit
Het account is nu actief, we willen dan natuurlijk ook zo’n accuraat mogelijke data gaan verzamelen. Het is daarom erg belangrijk dat je je eigen IP-adres uitsluit in Google Analytics. Veel website eigenaren bezoeken zijn/haar site namelijk regelmatig zelf en je wilt alleen de bezoeken van externe bezoekers meten. Om je zelf uit te sluiten klikken we in de kolom “Account” op “All Filters”. Klik hierbij op toevoegen en geef deze filter een naam bijvoorbeeld “IP filter kantoor”. Selecteer bij filtertype “Vooraf gedefinieerd” kies dan voor “Uitsluiten > verkeer van de IP-adressen > die gelijk zijn aan” en vul daaronder je IP-adres in.
Schakel bots en spiders uit
Bots en spiders zijn programma’s die de hele dag automatisch websites bezoeken. Je wilt natuurlijk alleen bezoekers in je data hebben staan die ook echt websitebezoekers zijn. Om te voorkomen dat deze ‘bezoekers’ in je data terecht komen kun je deze uitsluiten. Ga in de weergave waarvoor je dit wilt doen naar Beheer -> Instellingen voor dataweergave en vink onderaan ‘Alle hits van bekende bots en spiders uitsluiten’ aan.
Schakel aangepaste meldingen in
In Google Analytics heb je de mogelijkheid om automatisch meldingen via e-mail naar je te laten sturen wanneer er bepaalde veranderingen zichtbaar zijn. Hierdoor ben je direct op de hoogte van plotselinge verkeersdaling of -stijging en kun je snel ingrijpen als dat nodig is. Om deze meldingen in te kunnen schakelen ga je naar Beheer -> Aangepaste meldingen -> Aangepaste melding toevoegen.
Stel je doelen in
Door doelen in te stellen kun je conversies op je website meten. Het is belangrijk dat het instellen van de doelen goed gebeurt omdat je hiermee het uiteindelijke resultaat van je website meet. Afhankelijk van het doel van je website bepaal je welke doelen je instelt. Denk bijvoorbeeld aan een aankoop, het toevoegen van een product aan je winkelwagen, het aanmelden voor de nieuwsbrief etc. In Google Analytics zijn er vier soorten doelinstellingen:
– Bestemming (wanneer iemand een bepaalde pagina op de website bezoekt)
– Duur (wanneer iemand een X aantal minuten op je website is)
– Pagina’s per sessie (het aantal pagina´s dat per sessie bekeken is)
– Gebeurtenis (als je wilt dat iemand een bepaalde actie uitvoert op je website, bijv. een telefoonoproep of het invullen van een contactformulier)
Als voorbeeld gaan we een aankoop als doel instellen. Hiervoor hebben we de URL van de bedankpagina nodig (dit is de URL waar de klant terecht komt als hij/zij de aankoop heeft voltooid. Ga naar Beheer > Doelen > Nieuw doel. Als je een conversie als doel wilt instellen klik je op ‘Aangepast’. Vervolgens geef je het doel een naam (Conversie) en kies je voor het doeltype ‘Bestemming’. Bij stap 3 vul je de URL van de bedankpagina in.
